SECTORAAL PENSIOENPLAN ARBEIDSVOORWAARDEN > 2002 – VERPLAATSINGEN  

SECTORAAL PENSIOENPLAN ARBEIDSVOORWAARDEN > 2002

Sedert het najaar in 2024 worden sectorale onderhandelingen gevoerd om een verbetering te bewerkstelligen van het sectoraal pensioenplan voor alle collega’s met loon- en arbeidsvoorwaarden > 2002 (ook nieuwe arbeidsvoorwaarden of NAV genoemd).  Dit werd zo overeengekomen in de  tweejaarlijkse sectorale Collectieve Arbeidsovereenkomst ‘Sociale Programmatie 2023 – 2024’.  Bedoeling is om hiervan een positief resultaat te kunnen zien tegen einde maart 2025.  Gazelco kan bevestigen dat ook deze onderhandelingen alweer zeer moeizaam verlopen en nog geen enkele fundamentele vooruitgang kan opgetekend worden.  Opnieuw hebben de werkgevers een redelijk dogmatische houding ingenomen door een aantal van de door de vakbonden gevraagde verbeteringen al direct als onbespreekbaar te bestempelen.

Dit pensioenplan (voor de overgrote meerderheid gekend als Enerbel), dat als minimale basis moet dienen voor al deze betrokkenen in de sector van Gas en Elektriciteit (Paritair Comité 326), wordt gekenmerkt door sectoraal overeengekomen werkgevers- en werknemersbijdragen die collectief belegd worden, zodat dergelijk opgebouwde individuele reserves samen met het rendement hierop een extralegaal pensioenkapitaal genereert.  Een groot nadeel bij dergelijke pensioenplannen is dat het uiteindelijke resultaat bij pensionering in belangrijke mate onvoorspelbaar is, omdat het eindresultaat niet gegarandeerd wordt.  De soms grote volatiliteit inzake rendementen is hierin de grote boosdoener.  Anders verloopt dit voor collega’s met loon- en arbeidsvoorwaarden < 2002 (ook oude arbeidsvoorwaarden of OAV genoemd), waarbij het eindresultaat gegarandeerd wordt door toepassing van een berekeningsformule en dus niet onderhevig is aan de wisselvalligheid van rendementswisselingen.

Natuurlijk heeft Gazelco opnieuw gevraagd om ook voor al deze collega’s (NAV) het betere systeem met een gegarandeerd eindresultaat te voorzien, maar helaas was dat voor de werkgevers geen te volgen denkpiste.  Indien dit dan toch onhaalbaar zou blijven, zijn er nog andere mogelijkheden om toch meer garanties in te bouwen die de waarde van het kapitaal beter beschermen op het einde van de loopbaan of bij eventuele beurscrashes bijvoorbeeld.  Voor Gazelco is het zeer belangrijk dat niet alle risico enkel bij de werknemer zelf gelegd wordt, maar dat dit ook meer bij de werkgever zou moeten komen te liggen.  Natuurlijk zal Gazelco alle mogelijkheden analyseren en de best mogelijke oplossing nastreven.

VERPLAATSINGEN  

Ook deze weerkerende problematiek zou in bespreking moeten zijn omwille van de belofte die hiertoe door de werkgevers gemaakt werd in diezelfde sectorale CAO ‘Sociale Programmatie 2023 – 2024’.  Maar alweer blijkt dat de werkgevers hieraan geen prioriteit willen geven, aangezien ze het nuttig geacht hebben om deze onderhandelingen tot nu toe zelfs nog helemaal niet te willen opstarten.  Nochtans blijft dit thema op veel vlakken zeker verbeterbaar, zoals bijvoorbeeld de vergoedingsniveaus van verplaatsingskosten (bij gebruik van meerdere soorten vervoersmiddelen), de modaliteiten van de omniumverzekering 24u./7d. bij gebruik van de privéwagen en de combineerbaarheid van verschillende transportmiddelen en bijhorende faciliteiten. Gazelco zal de werkgevers duidelijk maken dat deze onderhandelingen niet op een Griekse kalender mogen blijven staan.

Jan Van Wijngaerden

This entry was posted in .

Comments are closed.